MOTORISCHE ONTWIKKELING
Kinderen oefenen spelenderwijs hun motoriek, maar soms verloopt deze ontwikkeling niet vanzelfsprekend. Hierdoor kunnen ze bijvoorbeeld niet goed meedoen met buitenspelen, de gym, hebben moeite met knutselen of leesbaar schrijven.
We beginnen met een intake en een uitgebreid onderzoek. Op basis van de hulpvraag en de uitkomsten van het onderzoek stellen we met de ouders een behandelplan op. Het doel van de behandeling is het vergroten van de ontwikkelingsmogelijkheden van het kind.
Een baby of dreumes (jonger dan 2 jaar) behandelen we meestal aan huis, omdat dat de omgeving is waarin zij en de ouders dingen kunnen oefenen.
Behandelindicaties baby of dreumes
- (Te) laat in het behalen van de mijlpalen in de motorische ontwikkeling: Zitten, staan, lopen
- Afwijkende spierspanning: te hoog of te laag
- Neurologische of genetische aandoeningen
Behandelindicatie oudere kinderen
- Ongecoördineerd, houterig bewegen of angstig tijdens bewegen
- Onvoldoende beheersing van het evenwicht, grof motorische vaardigheden (springen, hinkelen, huppelen) of balvaardigheden.
- Moeite met knutselen of leesbaar schrijven
PRIKKELVERWERKING
Het verwerken van zintuiglijke waarnemingen wordt prikkelverwerking of sensorische informatieverwerking genoemd. Onder ‘zintuiglijke waarnemingen’ vallen: horen, zien, ruiken en proeven, maar ook tastzin, lichaamsbesef en evenwicht. Bij sommige kinderen verloopt de interpretatie van al deze prikkels niet goed. Vaak uit zich dit in niet passend gedrag, emotionele of sociale problemen, of moeite met concentratie en het verwerken van instructies op school of thuis.
Het verwerken van zintuiglijke waarnemingen wordt prikkelverwerking of sensorische informatieverwerking genoemd. Onder ‘zintuiglijke waarnemingen’ vallen: horen, zien, ruiken en proeven, maar ook tastzin, lichaamsbesef en evenwicht. Bij sommige kinderen verloopt de interpretatie van al deze prikkels niet goed. Vaak uit zich dit in niet passend gedrag, emotionele of sociale problemen, of moeite met concentratie en het verwerken van instructies op school of thuis.
Behandeling en interventies
- Specifieke oefeningen en activiteiten die gericht zijn op het verbeteren van de prikkelverwerking en het aanpassen van de sensorische responsen.
- Aanpassing van de omgeving: Creëren van een voorspelbare en aangepaste omgeving die minder prikkels biedt of juist meer stimuleert, afhankelijk van de behoeften van het kind.
- Ondersteuning van begeleiders: Begeleiders leren hoe ze het kind kunnen ondersteunen en begeleiden in het omgaan met lastige situaties.
HOUDING
Jonge kinderen (ca. 3-7 jaar)
Bij jonge kinderen zie je vaak dat de voeten naar binnen gedraaid zijn en ze met een holle rug staan.
Als het kind hierdoor geen pijnklachten heeft en niet vaak valt, is er geen reden om tot behandeling over te gaan.
Oudere kinderen (ca. 7-15 jaar)
Door de groei verandert er veel in het lichaam. De botten groeien waarbij de spieren in eerste instantie achterblijven. Hierdoor kunnen de spieren niet optimaal gebruikt worden of zijn verkort. Daarnaast vraagt groei veel energie. In bepaalde perioden van de groei is het voor pubers haast onmogelijk om een goed gestrekte houding op te kunnen bouwen maar vooral ook vol te kunnen houden. Maar langdurend kromme houdingen aannemen kan leiden tot klachten.
Afwijkende groei van de wervelkolom
De bekendste is een scoliose (zijwaartse verkrommingen van de wervelkolom) en de ziekte van Scheuermann (waarbij de rug ‘krom’ groeit). Deels zijn deze aandoeningen erfelijk bepaald, maar worden negatief beïnvloed door een slechte houding.
Behandelindicaties
- Als het kind pijnklachten heeft (knieën, onderrug, nek, schouders of hoofdpijn)
- Als het kind zich stoort aan zijn eigen houding
- Bij afwijkende groei van de wervelkolom